}

Data-analyse: Femke Markus in Parijs-Roubaix

Het duurde even, maar eindelijk werd de eerste Parijs-Roubaix voor vrouwen georganiseerd. Toen de tv-uitzending begon keken we vooral naar een gevecht om de tweede plaats. Het mooie van koers is dat er ook buiten beeld in de achterhoede gestreden werd om de wielerbaan in Roubaix op te kunnen rijden. Wat is er nu voor nodig om deze koers te kunnen finishen? Femke Markus behaalde een 39e plaats op 9:43 minuten van de winnares, na twee valpartijen.

Gemiddeld vermogen hele koers

Het gemiddelde vermogen over de hele koers is 218 watt, 3.4 W/kg, en de gemiddelde snelheid 37.0 km/uur over 3 uur en 7 minuten.

Een constant vermogen leveren in een koers is onmogelijk. Het optrekken uit de bochten, positie kiezen in het peloton, op de kant rijden en het fietsen over de kasseien kost meer energie en dus meer vermogen. Het genormalizeerde vermogen over deze koers is 236 watt, 3,7 w/kg en de tijd die Femke in haar zwaarste trainingzones heeft doorgebracht is hoog:

Linkergrafiek

  • 22 minuten tussen 293 en 361 watt
  • 17 minuten tussen 362 en 473 watt
  • 10 minuten boven de 474 watt

En in zones W/kg (rechtergrafiek):

  • 17 min tussen 5 en 6 w/kg
  • 9 min tussen 6 en 7 w/kg
  • 12 min > 7 w/kg

 

Als we nu inzoomen in de grafiek kunnen we een aantal cruciale momenten uit de koers terughalen:

De start

De start van de koers was relatief rustig met een  gemiddelde snelheid van 39.2 km/uur en 216 watt gemiddeld over 21 minuten.

De eerste kasseistroken

Op de eerste kasseistroken ging de koers direct los. 42 minuten lang 242 watt gemiddeld en 41.3 km/uur. Helaas kon Femke een valpartij niet ontwijken en ging ze aan het einde van dit segment hard onderuit op een van de stroken.

Femke rijdt in dit gedeelte ook haar hoogste vermogen over 10 minuten van deze koers: 275 watt

Gevecht voor positie

In dit stuk is goed te zien hoe hard het peloton op een kasseistrook afkomt. Iedereen weet hoe belangrijk het is om in een goede positie aan zo’n strook te beginnen. 2:40 minuten lang gemiddeld 57.9 km/uur en een topsnelheid van maar liefst 62.6 km/uur.

Terugkomen na eerste valpartij

Na de eerste valpartij komt Femke niet meer in het ritme dat ze had. Ook gaat de groep waar ze in rijdt gewoon minder hard dan het peloton waar ze voor de valpartij in reed. Ze rijdt hier 30 minuten lang 230 watt voordat ze weer bij een valpartij betrokken is.

Vervolgens zit ze in een groep die nog rijdt voor de 29e plaats. Twintig kilometer voor het einde gaat Femke helaas weer onderuit en rijdt ze de laatste 25 minuten alleen naar de finish met 218 watt.

Conclusie

We wisten het al wel, maar Parijs-Roubaix is echt een koers waar vanaf de eerste kasseistrook tot de finish gas wordt gegeven. Het positioneren is erg belangrijk, maar kost tegelijk ook veel kracht. Verder is het in dit damespeloton erg moeilijk om terug te komen na een valpartij of pech, omdat de voorste simpelweg de besten zijn.

foto: francisgravel.com