}

Transitie van MAMIL tot getrainde amateur in de Haute Route

“Middle Age Man In Lycra”, zo zou je mij kunnen typeren in de zomer van 2016. Twee keer per week op de racefiets, altijd knallen, althans dat dacht ik. Na een rit van 100 km gingen de beentjes omhoog en gebeurde die dag weinig anders meer dan uitrusten. Reed ik met een clubje, dan werd na afloop natuurlijk onmiddellijk Strava geraadpleegd om de gemiddelde snelheid te checken, een gemiddelde over 60 km tegen de 33 km/u leverde een ijskoud Witbiertje op als beloning (en voor het herstel natuurlijk).

Totdat ik stuit op een amateurwielrenevent, waarvan wel wordt gezegd dat je als amateur niet dichterbij een professionele wielrenervaring kunt komen dan tijdens de Haute Route. In de documentaire Icarus vertelt Bryan Fogel:

“Ik had gelezen over de zwaarste amateurwielerwedstrijd ter wereld, een zevendaagse koers door de Franse Alpen, de Haute Route. Als je de zeven zwaarste dagen van de Tour de France zou nemen en die achter elkaar zou zetten, zou je de Haute Route hebben. Een mini-Tour de France voor gestoorden.”

Een schitterende uitdaging, maar een meerdaagse wielerwedstrijd had ik nog nooit gereden. De eendaagse klassiekers zoals de Amstel Gold Race of de Maratona Dolomiti doorstond ik zonder problemen. Dus een meerdaagse koers is ‘the next real thing’. Online registreer ik mij dan ook voor de Haute Route Dolomiti en verzeker mij van deelname. Een mooie uitdaging voor de zomer van 2017. Nu alleen nog die zeven dagen achter elkaar uitrijden. Hoe ga ik dat voor elkaar krijgen? Enige structuur en training zou wel verstandig zijn om niet na twee etappes te moeten afhaken. Hoe dan? Via Rapha Clubhouse Amsterdam kom ik terecht bij Wouter Ruchtie van Robic.

In oktober 2016 doe ik mijn eerste inspanningstest. Daar rolt uit dat ik eigenlijk wel aardig fiets als MAMIL. De resultaten zijn okay en iet wat boven de gemiddelde wielertoerist. Niettemin is er nog het nodige werk aan de winkel om met plezier de Haute Route te kunnen voltooien en niet als ‘Rode Lantaarn’ te finishen. De basis is volgens Wouter namelijk te smal, ik verzuur te snel en er mogen wel een paar kilootjes af. Daar gaan de Witbiertjes …

In de winter begin ik voor het eerst serieus te trainen. Eens in de twee weken stelt Wouter voor mij een schema op en overleggen wij telefonisch hoe het gaat en wat de komende weken te doen. Fantastisch! Niet dus. Om de basis te verbreden, staan er langere duurritten in de eerste hartslagfase op het programma. Het lijkt wel alsof ik niet vooruitkom en dat ligt niet alleen aan de wind. Herhaaldelijk vraag ik mij af waar dit goed voor is. Blij word ik er in ieder geval niet van. Wouter sleept mij door deze periode heen. Als het voorjaar is begonnen en het wielerseizoen van start gaat, worden de trainingen afwisselender, intervallen, VO2Max etc. Ook dan blijkt de begeleiding van Wouter belangrijk, want ik verval alweer snel in oude fouten. Te hoge hartslag, te hard willen rijden, dus niet opbouwen, maar afbreken. De trainingsbegeleiding en reprimandes van Wouter voorkomen dit. Beter op gewicht en goed getraind, vertrek ik naar Innsbruck.

In september 2017 rijd ik de Haute Route Dolomiti (van Innsbruck naar Venetië). Op de eerste dag regent het pijpenstelen en maak ik flinke schuiver in de afdaling. De eerste professionele schaafwonden tekenen mijn benen. Uiteindelijk rijd ik zonder problemen de bergetappes over de Mösern Pass, Kühtai, Passo Pennes, Passo delle Erbe, Valporola, Pordoi, San Pellegrino en Fedaia. In het eindklassement eindig ik als middenmoter. Een prachtig event en uitstekend georganiseerd. Dit smaakt naar meer.

Tekst gaat door onder de foto.

Na terugkomst uit Venetië besluit ik om door te gaan met de trainingsbegeleiding en mij in te schrijven voor de Haute Route Alps (van Megève naar Nice) van 26 augustus tot en met 1 september a.s. De klassieke Franse cols staan op het programma zoals de Aravis, Colombière, Madeleine, Télégraphe, Galibier, Sarenne, Lex Deux Alpes, Lautaret, Izoard, Risoul en de Bonette.

Voordat daarvoor een nieuw trainingsplan in elkaar wordt getimmerd, doe ik weer een inspanningstest. De resultaten daarvan zijn uitstekend. De overtollige kilo’s ben ik bijna kwijt, de wattages zijn 30 watt hoger dan een jaar eerder en de verzuringdrempel is ook flink opgeschoven. Een schoolvoorbeeld van wat een jaar intensieve trainingsbegeleiding met je doet. Daar word ik dus wel blij van. Dat geldt trouwens ook voor de wekelijkse clubritten van 60 km, waar het gemiddelde bij terugkomst boven de 40 km/u ligt. Dat begint ergens op te lijken!

Ter voorbereiding op de Haute Route neem ik nog deel aan de Etappe du Tour van Annecy naar Grand Bornand (170 km en 4.000 hoogtemeters). Dan blijkt wederom dat de basistrainingen, waarmee alles is begonnen, nog steeds zijn vruchten afwerpen. Tijdens de Etappe zakken de meeste deelnemers op de Col de Romme na zo’n 130 km (van de 170 km) door het ijs, terwijl ik op die col en de laatste col, Col de la Colombière, het tempo nog net iets kan opvoeren.

Alles duidt er dus op dat de trainingsbegeleiding van Robic een geweldig resultaat heeft op mijn wielrennen en ik op tijd in vorm ben voor de Haute Route Alps. Op naar Megève!

Mike Castelijn